Deze keer niet de gebruikelijke aanprijzing van wijnen maar gewoon wat zomeroverpeinzingen, eenvoudige, luchtige zaken…
Biologisch of niet?
Wat is dat nu eigenlijk, biologisch? Kort gezegd heeft het alles te maken met de teelt van de druiven. Zolang dat gebeurt volgens bepaalde richtlijnen, waarvan het vermijden van bestrijdingsmiddelen de belangrijkste is, kan men spreken van biologische wijn. Ook moet een wijnboer tenminste 3 jaar achtereen biologisch oogsten om de certificering te krijgen wat overigens ieder jaar weer een enorme papierwinkel met zich meebrengt. Daarom zijn er vele kleine wijnboeren die wel degelijk biologisch werken maar het benodigde papierwerk liever achterwege laten en dus niet gecertificeerd zijn.
Het zou handig zijn als biologisch ook gegarandeerd goed was, maar in de wijnbouw is dat lang niet altijd het geval. Wij juichen het streven naar bio-wijnbouw ten zeerste toe, maar zullen er nooit van uitgaan dat het predicaat ook een kwaliteitsgarantie inhoudt.
In de jaren ’70 was bio in opkomst maar helaas was de wijn vaak van bijzonder slechte kwaliteit; de druiven waren dan wel op biologische wijze geteeld, maar vervolgens konden er met dat fruit de meest verschrikkelijke dingen gebeuren in de kelder. Langzaamaan (we zijn inmiddels 40 jaar verder) is het besef gegroeid dat toewijding en respect voor het milieu echt belangrijk zijn en biologische wijnbouw hoort daar natuurlijk bij. Toch zullen wij van iedere wijn altijd in de eerste plaats de kwaliteit beoordelen, bio of niet bio.
Er zijn ook een aantal hardnekkige misverstanden over biologische wijnen, b.v. over het gebruik van sulfiet. Deze stof wordt in principe aan alle wijnen toegevoegd, ook aan de biologische; het zit zelfs van nature in de druiven. Sulfiet stabiliseert de wijn en voorkomt nagisting, en het gehalte in wijn is minimaal, zeker vergeleken bij bijvoorbeeld gedroogd fruit en vruchtensappen. Alcohol, de enige stof in wijn die, bij overmatige consumptie, echt slecht kan zijn voor de gezondheid, zit (gelukkig) ook in bio-wijn.
Tenslotte is er ook nog zoiets als beredenerende wijnbouw. Tijdens ons laatste bezoek aan het Toscaanse Isole e Olena werd de aandacht getrokken door het weerstation midden in de wijngaarden van het prachtige domein. Wellicht niet heel bijzonder, maar wel essentieel in onze visie en opvatting over het begrip biologische wijnbouw. Een korte uitleg: voor de invulling van de biologische norm bestaat in de wijnbouw een drietal varianten. Beredeneerde teelt (een vertaling van het Franse ‘culture raisonnée’): bestrijdingsmiddelen zijn toegestaan waar en wanneer strikt nodig, en zonder schade aan de brengen aan de omgeving. Biologische teelt: verbod op onkruidbestrijdingsmiddelen, alleen gebruik van biologische middelen; maar koperpap (een veel gebruikt middel tegen schimmel) is toegestaan tot 8 kg per hectare. Tenslotte Bio-Dynamische teelt; uitsluitend natuurlijke meststoffen en streven naar een harmonische vitale plant die minder vatbaar is voor schimmels en plagen. Vooral schimmel is een gevaar dat bij natte omstandigheden een hele oogst teniet kan doen. Vroeger gebruikte men voor de zekerheid voldoende koperpap om de schimmels te voorkomen, maar tegenwoordig is dat zeer gelimiteerd. Sterker nog (en nu komt het weerstation), op Isole e Olena worden de omstandigheden in de wijngaard minutieus in de gaten gehouden en alleen bij absolute noodzaak worden bestrijdingsmiddelen gebruikt. Het alternatief is dan namelijk een mislukte oogst. Omdat de planten gezond en vitaal zijn, doet die absolute noodzaak zich echter maar weinig voor. Eigenaar Paolo de Marchi is altijd open en eerlijk over zijn methoden, problemen en successen. Voor ons is dat leerzaam en nuttig, het ondersteunt onze opvatting over biologische wijnen: bio juichen we toe maar niet tot iedere prijs en niet als enige criterium. We zullen altijd kritisch zijn, want hoe biologisch is bijvoorbeeld een biologische wijngaard pal naast een vierbaans snelweg? Het gaat om de wijn, die moet gedronken en genoten worden. Het stikkertje met het predicaat Bio verdwijnt in de glasbak.